Veel regen gehad, de afgelopen dagen. Rainy season eindigt ergens in april, mei. Af en toe dreigt er een cycloon, ook nu weer. Mocht de cyclone echt hier aan land komen, dan gooien we de trossen los en varen we langs de kust noord- of zuidwaarts. Niemand lijkt zich er erg druk over te maken. Maar flinke plensbuien dus – gister was het echt de hele dag raak. Halsbrekende toeren om je dan in een push push te verplaatsen: door de ondergelopen weg kon ons mannetje de gaten in de weg natuurlijk niet meer zien, dus het scheelde niet veel of we waren gekanteld…. ? Zou niet de eerste keer zijn dat dat gebeurt! Is ook niet makkelijk om twee giebelende dames achterin je fiets te hebben als je steeds je slippers verliest….! ?
Ondertussen wordt er verder gebouwd aan relaties met lokale kerken. Afgelopen weekend was er een conferentie over geloof en samenwerking op het schip: 115 predikanten en kerkwerkers vanuit de hoofdstad en andere steden in de omgeving (dus ook 3 dagen lang 115 extra eters in de Dining Room – dat was flink aanpoten!). Mooie blije dagen, met veel muziek en zingen.
Afgelopen weekend werd mama 78 en heb ik de hele dag Happy Birthday-clipjes gemaakt. Superleuk hoe iedereen daaraan mee werkte!
Moeders zijn belangrijk in Afrika! Worden met veel respect behandeld, en het is heel normaal om vrouwen van mijn leeftijd ‘mama’ te noemen. Meerdere jongens vertelden dat westerse vrouwen boos worden als ze zo worden genoemd, maar ik vind het eigenlijk wel eervol ? Hier is het gebruikelijk om iemand bij zijn rol in het gezin (big sis, big bro, mama, papa) of bij zijn beroep te noemen (boss, chef, teacher, etc), zij vinden het veel te direct dat wij elkaar allemaal bij de voornaam noemen.
Die (vaak onuitgesproken) verschillen geven soms echt een culture clash: de lokale collega’s in het team zullen nooit een directe vraag stellen of zeggen dat ze iets niet begrijpen. Dikke frustratie als je iets hebt uitgelegd en vervolgens merkt dat het helemaal niet wordt opgepakt. En het tempo…. Ai, ai, ai…. Doorwerken, voortmaken, op tijd komen – de dingen waar wij ons druk om maken zijn hier echt niet aan de orde. Iedereen heeft plenty tijd, dus niemand maakt zich druk. Soms moet ik echt op m’n handen zitten en op m’n tong bijten ?. Tegelijkertijd zie ik ook wel dat het voor hen minstens zo moeilijk is om zich aan mij/ons aan te passen, als dat het voor mij is om me aan hen aan te passen. En zij worden hier echt wel in het Mercy Ships-format geduwd!
Nog steeds geniet ik enorm van de ontmoetingen met zoveel verschillende mensen – op het schip, maar ook in de stad. Het raakt me iedere keer opnieuw hoe open en concreet Afrikanen in hun geloof zijn: wat God voor hen betekent en hoe Hij zichtbaar is in hun leven komt voortdurend naar boven in gesprekken. Met een groepje ergens voor bidden, gewoon in het werk of in de ontmoeting, is no problem. Met veel Halleluja’s en Amen’s er tussendoor ?
Zoals zij zeggen: als je geen geld, geen werk, geen vaste basis hebt, dan móet je wel op God vertrouwen. Heel praktisch voorbeeld: als je kind ziek wordt, of je gebit wordt slecht, dan is er hier geen oplossing. Letterlijk, géén oplossing. Dus Afrikanen bidden voor alles, en zien daardoor ook veel meer Gods hand in hun leven.
En wat me ook opvalt: zij kiezen steevast voor de groep, in plaats van voor zichzelf. Geven de ander voorrang. In heel de stad staat geen enkel verkeersbord, het is complete chaos en toch gaat alles goed: iedereen let op de ander. Heel mooi vind ik dat!
Wat mijzelf betreft: ik zit op de helft nu. En de dagen vliegen voorbij. Weinig tijd om op mezelf te zijn hier. Als ik even ergens ga zitten om te lezen of te schrijven, komt er altijd wel iemand bij me zitten voor een praatje. Dat doe ik ook zelf, natuurlijk ?. Aan mijn voornemen om de tijd ook te gebruiken om na te denken over hoe ik m’n leven verder ga invullen kom ik nog niet echt toe – dat vraagt nog wat meer loslaten en wat meer in het hier en nu zijn. Mooi om daar deze stille week naar Pasen ook voor te gebruiken!